Controleer de ontstekingsdraden. Beschadigde bougiekabels kunnen er ook voor zorgen dat een auto mist. Controleer de ontstekingsdraden en vervang ze als ze beschadigd zijn.
Controleer de verdelerkap en rotor. Een versleten of gebarsten verdelerkap of rotor kan er ook voor zorgen dat een auto mist. Controleer de verdelerkap en rotor en vervang ze als ze versleten of beschadigd zijn.
Controleer het brandstoffilter. Een verstopt brandstoffilter kan de brandstofstroom naar de motor beperken, waardoor deze defect raakt. Controleer het brandstoffilter en vervang het als het verstopt is.
Controleer de brandstofinjectoren. Vuile of verstopte brandstofinjectoren kunnen er ook voor zorgen dat een auto mist. Reinig de brandstofinjectoren of vervang ze als ze verstopt zijn.
Controleer het luchtfilter. Een verstopt luchtfilter kan de luchtstroom naar de motor beperken, waardoor deze mist. Controleer het luchtfilter en vervang het als het verstopt is.
Controleer de vacuümslangen. Lekkende of beschadigde vacuümslangen kunnen er ook voor zorgen dat een auto mist. Controleer de vacuümslangen en vervang ze als ze lekken of beschadigd zijn.
Controleer het uitlaatsysteem. Een verstopt of beschadigd uitlaatsysteem kan er ook voor zorgen dat een auto mist. Controleer het uitlaatsysteem en vervang het als het verstopt of beschadigd is.