Waarom wordt de leiding naar de koelmiddelcilinder gespoeld na het evacueren en vóór het vullen?

De leiding naar de koelmiddelcilinder wordt na het evacueren en vóór het vullen gespoeld om ervoor te zorgen dat niet-condenseerbare gassen, zoals lucht en vocht, uit het systeem worden verwijderd. Deze gassen kunnen een aantal problemen veroorzaken, waaronder:

* Verlaagde systeemefficiëntie: Niet-condenseerbare gassen kunnen de efficiëntie van het koelsysteem verminderen door te fungeren als een isolatielaag tussen het koelmiddel en de oppervlakken van de warmtewisselaar. Dit kan leiden tot een verhoogd energieverbruik en een verminderd koelvermogen.

* Systeemschade: Niet-condenseerbare gassen kunnen ook schade aan de componenten van het koelsysteem veroorzaken, zoals de compressor en verdamper. Deze schade kan leiden tot dure reparaties of zelfs systeemstoringen.

* Verontreiniging van het koelmiddel: Niet-condenseerbare gassen kunnen het koelmiddel vervuilen, wat tot een aantal problemen kan leiden, waaronder verminderde systeemefficiëntie, systeemschade en gezondheidsrisico's.

Het doorspoelen van de leiding naar de koelmiddelcilinder helpt ervoor te zorgen dat deze problemen worden vermeden. Om de leiding te ontluchten wordt een vacuümpomp gebruikt om de leiding te evacueren, waarna een kleine hoeveelheid koelmiddel in de leiding vrijkomt. Dit proces wordt herhaald totdat de lijn vrij is van niet-condenseerbare gassen.