De werkelijke temperatuur van de lucht die uit de ventilatieopeningen komt, kan variëren afhankelijk van het merk en model van het voertuig, evenals de buitentemperatuur. De meeste voertuigen zijn echter ontworpen om in de hele cabine een constante temperatuur te handhaven, ongeacht de buitenomstandigheden.
Over het algemeen moet de lucht die uit de ventilatieopeningen komt koel en verfrissend aanvoelen, maar niet zo koud dat het ongemak veroorzaakt. Als de lucht te koud aanvoelt, kun je de temperatuurstand op het klimaatbedieningspaneel op een hogere stand zetten.
Het is ook belangrijk op te merken dat de temperatuur van de lucht die uit de ventilatieopeningen komt, kan worden beïnvloed door factoren zoals de reinheid van het luchtfilter, de staat van de compressor en het koelmiddelniveau. Als de lucht niet zo koud waait als zou moeten, kan het nodig zijn om het voertuig te laten onderhouden door een gekwalificeerde technicus.