1. Controleer de koppelingsplaat :Als de koppelingsplaat versleten of beschadigd is, kan de auto gaan trillen als u wegrijdt. Om de koppelingsplaat te controleren, moet u deze door een monteur laten inspecteren.
2. Inspecteer het vliegwiel :Het vliegwiel is de zware metalen schijf waarmee de koppelingsplaat aangrijpt. Als het vliegwiel beschadigd of kromgetrokken is, kan dit er ook voor zorgen dat de auto gaat trillen. Om het vliegwiel te inspecteren, moet u een monteur de koppelingsplaat laten verwijderen en ernaar kijken.
3. Controleer de koppelingsdrukplaat :De koppelingsdrukplaat houdt de koppelingsplaat tegen het vliegwiel. Als de drukplaat versleten of beschadigd is, kan de koppelingsplaat gaan slippen en de auto gaan trillen. Om de drukplaat te controleren, moet u een monteur de koppelingsplaat laten verwijderen en ernaar kijken.
4. Controleer de verzending :Als de transmissie beschadigd is, kan de auto ook gaan trillen als u wegrijdt. Om de transmissie te controleren, moet u deze door een monteur laten inspecteren.
5. Stel de koppeling af :Als de koppeling niet goed is afgesteld, kan de auto ook gaan trillen. Om de koppeling af te stellen, moet u dit door een monteur laten doen.
Als u het niet prettig vindt om zelf de koppeling of transmissie te inspecteren en af te stellen, kunt u uw auto het beste naar een monteur brengen om hem te laten nakijken. Zij kunnen het probleem diagnosticeren en de beste handelwijze aanbevelen.