R-Reverse:Deze versnelling wordt gebruikt om het voertuig achteruit te rijden.
N-Neutraal:Deze versnelling wordt gebruikt wanneer het voertuig niet rijdt. Het ontkoppelt de transmissie van de motor, waardoor het voertuig vrij kan rollen.
D-Drive:Deze versnelling wordt gebruikt voor normaal rijden. Het schakelt automatisch tussen versnellingen terwijl het voertuig accelereert en vertraagt.
3e versnelling:Deze versnelling wordt gebruikt bij het rijden met gematigde snelheden. Het zorgt voor meer motorrem dan Drive, wat handig kan zijn bij het bergafwaarts gaan of bij het trekken van een aanhangwagen.
2-secondenversnelling:Deze versnelling wordt gebruikt bij het rijden met lage snelheden. Deze zorgt voor nog meer motorremkracht dan de derde versnelling, wat handig kan zijn bij het afrijden van steile hellingen of bij het rijden op glad terrein.
L-Lage versnelling:Deze versnelling wordt gebruikt voor het rijden met zeer lage snelheden. Het zorgt voor de meeste motorremkracht van alle versnellingen, wat handig kan zijn bij het beklimmen van steile hellingen of bij het rijden door diepe sneeuw.
Hier zijn enkele voorbeeldsituaties waarin u elke versnelling zou kunnen gebruiken:
* P:Wanneer u geparkeerd staat, bij een stoplicht wacht of in het verkeer staat.
* R:Wanneer u het voertuig achteruit wilt rijden.
* N:Wanneer u een voertuig uitrolt of sleept.
* D:Voor normaal rijden.
* 3:Bij het bergafwaarts gaan of bij het trekken van een aanhanger.
* 2:Bij het afdalen van steile hellingen of rijden onder gladde omstandigheden.
* L:Bij het beklimmen van steile hellingen of rijden door diepe sneeuw.
Om de veiligheid en efficiëntie van uw voertuig te garanderen, is het belangrijk om de juiste versnelling te gebruiken voor de rijomstandigheden.