1. Controleer de bougie:
Verwijder de bougie uit de motor.
Inspecteer de bougie op schade of slijtage. Als de bougie beschadigd is, vervang deze dan door een nieuwe.
Controleer de bougieafstand met behulp van een bougieafstandgereedschap. De afstand moet worden ingesteld volgens de specificatie vermeld in de gebruikershandleiding van uw ATV.
Sluit de bougiekabel opnieuw aan op de bougie.
2. Controleer de bobine:
Schakel de motor van de ATV uit en laat deze afkoelen.
Koppel de bobinekabel los van de bougie.
Gebruik een multimeter om de weerstand van de bobine te controleren. De weerstand moet binnen de specificatie vallen die vermeld staat in de gebruikershandleiding van uw ATV.
Als de bobine defect is, vervang deze dan door een nieuwe.
Sluit de draad van de bobine opnieuw aan op de bougie.
3. Controleer de ontstekingsmodule:
Schakel de motor van de ATV uit en laat deze afkoelen.
Koppel de ontstekingsmodule los van de elektrische kabelboom.
Gebruik een multimeter om de weerstand van de ontstekingsmodule te controleren. De weerstand moet binnen de specificaties vallen die staan vermeld in de gebruikershandleiding van uw ATV.
Als de ontstekingsmodule defect is, vervang deze dan door een nieuwe.
Sluit de ontstekingsmodule opnieuw aan op de elektrische kabelboom.
4. Controleer de bedrading:
Inspecteer de kabelboom op losse, beschadigde of gecorrodeerde draden.
Repareer of vervang beschadigde draden indien nodig.
Sluit alle elektrische connectoren opnieuw stevig aan.
5. Reset de ECU:
Koppel de accu los van de ATV.
Wacht minimaal 30 seconden.
Sluit de batterij opnieuw aan.
Draai de contactsleutel van de ATV naar de positie "Aan".
Start de motor niet.
Wacht tot de ECU is gereset. Dit kan enkele minuten duren.
Start de motor van de ATV en controleer of de diagnosecode 6 verdwenen is.
Als u alle bovenstaande stappen heeft geprobeerd en de diagnosecode 6 blijft bestaan, moet u uw ATV mogelijk naar een gekwalificeerde monteur brengen voor verdere diagnose en reparatie.
