- Een schone doek
- Een zaklamp
- Een oliepeilstok**
1. Zoek de oliepeilstok. De oliepeilstok bevindt zich meestal aan de rechterkant van de motor. Het is een klein metalen staafje met aan het uiteinde een lus.
2. Verwijder de oliepeilstok. Om de oliepeilstok te verwijderen, trekt u deze eenvoudig uit de motor. Zorg ervoor dat u het niet laat vallen.
3. Veeg de oliepeilstok schoon. Gebruik een schone doek om de oliepeilstok schoon te vegen.
4. Steek de oliepeilstok terug in de motor. Steek de oliepeilstok terug in de motor totdat deze goed op zijn plaats zit.
5. Verwijder de oliepeilstok opnieuw. Verwijder na enkele seconden de oliepeilstok weer.
6. Controleer het oliepeil. Het oliepeil moet tussen de markeringen "Full" en "Add" op de oliepeilstok staan.
7. Voeg indien nodig olie toe. Als het oliepeil laag is, vul dan voldoende olie bij tot aan de markering "Vol".
8. Plaats de oliepeilstok opnieuw. Steek de oliepeilstok opnieuw in de motor totdat deze goed op zijn plaats zit.
Tips:
- Controleer altijd het oliepeil van uw motorfiets voordat u hem start.
- Als het oliepeil te laag is, kan dit uw motor beschadigen.
- Als het oliepeil te hoog is, kan uw motor oververhit raken.