Wanneer u het rempedaal in uw auto indrukt, vindt er een reeks gebeurtenissen plaats die er uiteindelijk toe leiden dat het voertuig langzamer gaat rijden of tot stilstand komt. Hier volgt een stapsgewijze uitleg van hoe de remmen werken:
1. Je trapt het rempedaal in.
Dit is de actie die het remproces start. Wanneer u het pedaal indrukt, activeert u een zuiger in de hoofdcilinder.
2. De hoofdcilinder genereert hydraulische druk.
Terwijl de zuiger in de hoofdcilinder beweegt, comprimeert deze de remvloeistof in de cilinder. Hierdoor ontstaat hydraulische druk, die via de remleidingen wordt overgebracht.
3. De remvloeistof stroomt door de remleidingen.
De remvloeistof stroomt onder druk door de remleidingen naar de remklauwen van elk wiel.
4. De remklauwen schakelen de remblokken in.
Zodra de remvloeistof de remklauwen bereikt, drukt deze op een zuiger in elke remklauw. Hierdoor worden de remblokken tegen de remschijven gedrukt, dit zijn metalen schijven die aan de wielen zijn bevestigd.
5. Wrijving tussen de remblokken en rotoren vertraagt of stopt het voertuig.
Terwijl de remblokken tegen de remschijven drukken, ontstaat er wrijving tussen de twee oppervlakken. Deze wrijving zet de kinetische energie van het voertuig om in warmte en vertraagt de rotatie van de wielen. Als gevolg hiervan zal het voertuig vertragen of tot stilstand komen.
Het is belangrijk op te merken dat, hoewel de basisprincipes van het remmen voor de meeste voertuigen hetzelfde zijn, sommige auto's mogelijk extra functies of componenten hebben, zoals een antiblokkeerremsysteem (ABS), om de remprestaties en de veiligheid te verbeteren.