1. Standaard: De kredietnemer of huurder slaagt er niet in de vereiste betalingen te verrichten, wat leidt tot wanbetaling op de lening- of leaseovereenkomst.
2. Contractbreuk: De kredietverstrekker of verhuurder beschouwt de wanbetaling als contractbreuk en start het terugnemingsproces.
3. Kennisgeving van voornemen tot terugname: De kredietverstrekker of verhuurder moet de kredietnemer of huurder schriftelijk op de hoogte stellen van hun voornemen om de auto terug te nemen. Deze kennisgeving moet ten minste 10 dagen vóór de inbeslagname worden gedaan.
4. Inbeslagname: Als de kredietnemer of huurder het verzuim niet binnen de gestelde termijn verhelpt, kan de kredietverstrekker of verhuurder de auto terugnemen. Dit kan worden gedaan door de kredietverstrekker of de agent van de verhuurder, of door een erkend inbeslagnamebureau.
5. Inwisseling: De lener of huurder kan de auto mogelijk aflossen door de uitstaande schuld en eventuele bijbehorende vergoedingen en kosten te betalen. De kredietverstrekker of verhuurder kan de kredietnemer of huurder ook toestaan de lening- of leaseovereenkomst te herstellen.
6. Verkoop van de auto: Als de lener of lessee de auto niet terugbetaalt, kan de kredietverstrekker of lessor de auto verkopen om de schuld af te lossen. Dit kan worden gedaan via een openbare of onderhandse verkoop, en de opbrengst van de verkoop wordt gebruikt om het lening- of leasesaldo en eventuele daarmee samenhangende kosten af te betalen.
Het is belangrijk op te merken dat de specifieke procedures en vereisten voor terugneming kunnen variëren, afhankelijk van het type lening of leaseovereenkomst en de provincie waar de auto zich bevindt. Als u te maken krijgt met een mogelijke terugneming, is het raadzaam een advocaat of rechtsbijstandsdienst te raadplegen om inzicht te krijgen in uw rechten en mogelijkheden.