1. Parkeer de auto op een vlakke ondergrond en zet de motor af.
2. Maak de wielmoeren op de voorwielen los, maar verwijder ze niet.
3. Krik de voorkant van de auto op met een krik en plaats kriksteunen onder het frame.
4. Zoek het remvloeistofreservoir. Het is een doorzichtige plastic container met een zwarte dop aan de bestuurderszijde van de motorruimte.
5. Verwijder de dop van het remvloeistofreservoir.
6. Bevestig een remvloeistofontluchtingssleutel aan de ontluchtingsschroef op de voorwielcilinder aan de bestuurderszijde.
7. Open de ontluchtingsschroef en laat de oude remvloeistof in een opvangbak lopen.
8. Ga door met het openen van de ontluchtingsschroef en tap de oude remvloeistof af totdat de vloeistof die eruit komt helder is.
9. Sluit de ontluchtingsschroef.
10. Herhaal stap 7-9 voor de wielcilinder aan de voorpassagierszijde, en vervolgens voor de wielcilinder aan de achterste bestuurderszijde en vervolgens voor de wielcilinder aan de achterpassagierszijde.
11. Voeg nieuwe DOT 3-remvloeistof toe aan het remvloeistofreservoir totdat het vloeistofpeil tussen de markeringen "MIN" en "MAX" staat.
12. Plaats de dop terug op het remvloeistofreservoir.
13. Laat de auto van de kriksteunen zakken en verwijder de krik.
14. Rijd een paar kilometer met de auto om de remmen te testen en er zeker van te zijn dat ze goed werken.
Tips
- Het is belangrijk dat u een remvloeistofontluchtingssleutel gebruikt om de ontluchtingsschroeven te openen. Het gebruik van een gewone sleutel kan de ontluchtingsschroeven beschadigen.
- Zorg ervoor dat u geen remvloeistof op de lak van uw auto morst. Remvloeistof kan de lak beschadigen.
- Als u een helper heeft, zal dit het bloedingsproces gemakkelijker maken. De ene persoon kan het rempedaal intrappen, terwijl de andere persoon de ontluchtingsschroeven opent en sluit.
- Als u lucht in de remleidingen laat komen, remt de auto niet goed en kan een ongeval ontstaan.