De motorvolgorde wordt doorgaans weergegeven als een reeks cijfers, die overeenkomen met de cilindernummers. Bij een viercilindermotor kan de motorvolgorde bijvoorbeeld 1-3-4-2 zijn, wat betekent dat de zuiger in cilinder 1 eerst ontsteekt, gevolgd door de zuiger in cilinder 3, dan 4 en ten slotte 2.
De motorvolgorde houdt ook verband met het ontstekingsinterval van de motor, de tijd tussen opeenvolgende verbrandingsgebeurtenissen. Bij een viercilindermotor met een ontstekingsvolgorde van 1-3-4-2 zou het ontstekingsinterval een krukasrotatie van 180 graden zijn.
De motorvolgorde wordt bepaald door verschillende factoren, waaronder het ontwerp van de motor en het aantal cilinders. Over het algemeen hebben motoren met meer cilinders een gelijkmatigere motorvolgorde, wat resulteert in een soepelere werking.
Hier volgen enkele veelvoorkomende motorbestellingen voor verschillende motorconfiguraties:
* Lijnmotoren:
* Viercilinder:1-3-4-2
* Zescilinder:1-5-3-6-2-4
* Achtcilinder:1-8-4-3-6-5-7-2
* V-type motoren:
* V6:1-2-3-4-5-6
* V8:1-5-4-8-6-3-7-2
* V12:1-6-5-10-2-7-3-8-4-9-12-11
* W-type motoren:
* W12:1-12-5-10-3-8-6-11-2-7-4-9