Stap 1:Maak de auto klaar.
Koppel de batterij los. Dit voorkomt dat vonken de brandstof of dampen in de motorruimte doen ontbranden.
Verwijder al het gereedschap uit de kofferbak van de auto. Dit maakt het gemakkelijker om de motor uit de auto te halen.
Verwijder het luchtfilterhuis. Hierdoor krijgt u meer ruimte om te werken.
Tap de olie uit de motor af. Hierdoor wordt de motor lichter en gemakkelijker te verplaatsen.
Verwijder de transmissievloeistofpan. Dit voorkomt dat transmissievloeistof naar buiten lekt wanneer u de motor eruit trekt.
Verwijder de brandstofleidingen. Dit voorkomt dat er brandstof lekt wanneer u de motor eruit trekt.
Draai de wielmoeren op de voorwielen los. Dit maakt het gemakkelijker om de wielen te verwijderen wanneer u de motor eruit trekt.
Stap 2:Verwijder de motorsteunen.
De motorsteunen bevinden zich aan de zijkanten van de motor. Ze worden met bouten aan het frame van de auto bevestigd.
Verwijder de bouten waarmee de motorsteunen aan het frame van de auto zijn bevestigd.
Til de motor van de steunen.
Verwijder de motorsteunen van de motor.
Stap 3:Verwijder de motor.
Bevestig een ketting aan de voorkant van de motor.
Wikkel de ketting rond een stevig voorwerp, zoals een boom of een sleepwagen.
Span de ketting totdat de motor van de grond is getild.
Verwijder de wielen van de auto.
Rol de auto naar voren totdat de motor volledig uit de auto is.
Stap 4:Opruimen.
Ruim eventueel gelekte olie of transmissievloeistof op.
Plaats het luchtfilterhuis terug.
Sluit de batterij opnieuw aan.
Vervang de wielmoeren op de voorwielen.
Start de auto en laat hem een paar minuten draaien. Hierdoor kan de motor de nieuwe olie en transmissievloeistof laten circuleren.
