Zorg voor het benodigde gereedschap:u hebt een distributielampje, een sleutel en een bougiekabelverwijderaar nodig (optioneel).
Zoek de timingmarkeringen:
1. Open de motorkap van uw voertuig en zoek de verdelerkap aan de voorkant van de motor.
2. In de buurt van de verdelerkap bevinden zich merktekens op zowel het motorblok als de harmonische balancer (de grote poelie aan de voorkant van de motor). De markeringen bestaan doorgaans uit een lijn of inkeping op de balancer en een overeenkomstige markering op het motorblok.
Sluit het timinglicht aan:
1. Sluit de inductieve klem van het distributielampje aan rond een van de bougiekabels. Dit zal dienen als de pickup voor het timingsignaal.
2. Sluit de stroom- en massakabels van het timinglicht aan op de accu van het voertuig.
3. Start de motor en laat deze de normale bedrijfstemperatuur bereiken.
Richt het timinglicht:
1. Richt het timinglicht op de timingmarkeringen op de harmonische balancer.
2. Houd het distributielampje stabiel en let op de distributiemarkeringen terwijl de motor loopt.
Pas de timing aan:
Als de timingmarkeringen niet op één lijn liggen, moet u mogelijk de timing aanpassen.
1. Draai de bevestigingsbout of klem van de verdeler los.
2. Zodra de verdeler los zit, draait u deze langzaam met de klok mee of tegen de klok in, waarbij u de merktekens voor de distributie in de gaten houdt.
3. Pas de timing aan totdat de markeringen correct zijn uitgelijnd. Deze aanpassing heeft rechtstreeks invloed op de vonktiming.
4. Draai de bevestigingsbout van de verdeler vast zodra de timing correct is.
5. Zet de motor af en koppel het distributielampje los.
6. Bevestig de verdelerkap opnieuw (indien verwijderd).
Opmerking:Raadpleeg de servicehandleiding van het voertuig voor de exacte timingspecificaties en eventuele specifieke instructies voor uw specifieke model.