1. Parkeer de dieplepel op een vlakke ondergrond en schakel de parkeerrem in.
2. Zet de motor uit en laat hem afkoelen.
3. Open de motorkap van de graaflaadmachine.
4. Zoek de startmotor. Deze is doorgaans aan de zijkant van de motor gemonteerd, vlakbij het vliegwielhuis.
5. Koppel de accukabels los van de startmotor.
6. Verwijder de bevestigingsbouten waarmee de startmotor aan de motor is bevestigd.
7. Verwijder de startmotor van de motor.
8. Inspecteer de startmotor op schade of slijtage.
9. Vervang indien nodig de startmotor.
10. Installeer de startmotor opnieuw in omgekeerde volgorde van verwijderen.
11. Sluit de accukabels weer aan op de startmotor.
12. Start de motor en test de startmotor om er zeker van te zijn dat deze goed werkt.