- Een verstopt brandstoffilter kan de gasstroom naar de motor beperken, wat kan leiden tot ruw stationair draaien en afslaan.
2. Stationairluchtregelklep (IAC)
- IAC zorgt ervoor dat lucht langs de gasklep kan stromen om het motortoerental te regelen.
- Als de klep vuil of versleten raakt, kan dit het stationair draaien veranderen.
3. Vacuümlek
- Vacuümlekken kan ertoe leiden dat ongedoseerde lucht de motor binnendringt, waardoor het lucht-brandstofmengsel wordt verstoord en problemen bij stationair draaien ontstaan.
4. Zuurstofsensoren
- Defecte zuurstofsensoren kunnen de feedbacksignalen naar de computer van de motor veranderen, waardoor de brandstofinjectie wordt beïnvloed en mogelijk tot onstabiel stationair draaien kan leiden.
5. EGR-klep
- De uitlaatgasrecirculatieklep (EGR) helpt de uitstoot te verminderen.
- Als het vastzit, kan het de motorprestaties verstoren, inclusief onregelmatig stationair draaien.