Auto >> Automobiel >  >> Motor

89 accijns brandstof ingespoten als de auto koud is ildes 1200 warmt dan op 2400 tot 800 en na een uur zal hij helemaal stationair draaien in park drive 1100 beweegt niet wat is er aan de hand?

Potentiële problemen:

1. Idle Air Control (IAC)-klep: De IAC-klep regelt de luchtstroom naar de motor wanneer de gasklep gesloten is, waardoor een stabiel stationair toerental wordt gehandhaafd. Een defecte IAC-klep kan onregelmatig stationair gedrag veroorzaken.

2. Vacuümlekken: Vacuümlekken in het inlaatsysteem of andere vacuümleidingen kunnen ervoor zorgen dat de motor arm loopt, wat resulteert in een hoog stationair toerental.

3. Gasklephuis: Een vuil of verstopt gasklephuis kan voorkomen dat de klep volledig sluit, wat leidt tot een verhoogd stationair toerental.

4. Zuurstof (O2)-sensor: Een defecte O2-sensor kan onjuiste informatie verstrekken aan het brandstofinjectiesysteem van de motor, waardoor het lucht-brandstofmengsel wordt beïnvloed en mogelijk stationairproblemen ontstaan.

5. Koelvloeistoftemperatuursensor (CTS): Als het CTS niet goed functioneert, kan het onjuiste temperatuurmetingen naar de regeleenheid van de motor sturen, waardoor de brandstof- en stationairregeling worden beïnvloed.

6. Brandstofdrukregelaar: Een defecte brandstofdrukregelaar kan ervoor zorgen dat de brandstofdruk te hoog of te laag is, waardoor het vermogen van de motor om stabiel stationair te blijven, wordt aangetast.

7. EGR-systeem (uitlaatgasrecirculatie): Een defect EGR-systeem kan een ruw stationair toerental veroorzaken doordat uitlaatgassen in de luchtinlaat terechtkomen, waardoor het lucht-brandstofmengsel verandert.

8. Mass Air Flow (MAF)-sensor: Als de MAF-sensor vuil of defect is, kan deze onjuiste luchtstroommetingen uitvoeren, waardoor de brandstofinjectie en het stationair toerental van de motor worden beïnvloed.

Oplossing:

1. Diagnose en probleemoplossing: Om het precieze probleem te identificeren, wordt aanbevolen om een ​​gekwalificeerde monteur het probleem te laten diagnosticeren met behulp van diagnostische hulpmiddelen.

2. Onderdelen vervangen: Zodra de oorzaak is vastgesteld, moeten de juiste componenten, zoals de IAC-klep, O2-sensor of vacuümleidingen, indien nodig worden vervangen.

3. Reiniging: Als het probleem te maken heeft met een vuil gasklephuis of een vuile MAF-sensor, kan het schoonmaken ervan vaak de problemen bij stationair draaien oplossen.

4. Aanpassingen: In sommige gevallen kunnen eenvoudige aanpassingen, zoals het resetten van de gasklepstandsensor of de instellingen voor de stationairregeling, voldoende zijn om stationairproblemen te corrigeren.

Voorzorgsmaatregelen:

1. Als het voertuig onregelmatig stationair gedrag vertoont, is het belangrijk om het probleem onmiddellijk aan te pakken, aangezien dit de prestaties van de motor en het brandstofverbruik kan beïnvloeden.

2. Omdat voor sommige van deze problemen specifieke diagnostische hulpmiddelen en expertise nodig zijn, wordt aanbevolen om professionele hulp te zoeken bij een gekwalificeerde monteur.